Deze periode ben ik met een aantal Gave-collega’s en vrijwilligers actief op Heumensoord, de locatie waar tijdelijk ongeveer 1000 Afghaanse evacués verblijven. Wie zijn deze mensen? Ontmoet vandaag Roozeeta (25):
‘Ook hier wil ik dokter worden, al moet ik daar weer jaren voor studeren’
‘Hoe gaat het? Hoe oud ben je? Hoe laat is het? Dat zijn zinnen die ik al heb geleerd in het Nederlands. Meteen toen ik hier kwam en tien dagen in quarantaine moest, begon ik met het leren van de taal. Ik ben gewend hard te studeren, al sinds ik 5 jaar was wil ik dokter worden en dat is gelukt. Ik heb ook een specialisatie in chirurgie. ‘Ik stond in die tijd rond 05:00 uur op om te gaan werken. Als ik om 15.00 uur klaar was, studeerde ik tot 20.00 uur aan de universiteit. Thuis zorgde mijn moeder ervoor dat het eten klaar was. Ik sliep twee uurtjes en studeerde de rest van de nacht verder. Mijn moeder zei altijd: als je klaar bent, kun je gaan feestvieren. Maar dat is er dus niet meer van gekomen.
We waren een gelukkig gezin. Mijn vier zussen en mijn broer hebben ook aan de universiteit kunnen studeren. Mijn vader was een ruimdenkende man. Hij overleed afgelopen zomer aan Covid. Ik heb geprobeerd hem dag en nacht te verzorgen. Er was te weinig zuurstof, ziekenhuizen namen geen patiënten meer op. Twee weken sliep ik nauwelijks, uiteindelijk is hij in mijn armen gestorven.
Binnen een halve maand was ik alles kwijt, zeker na de opkomst van de taliban: mijn vader, mijn werk, mijn familie. Ik moest mijn moeder achterlaten, maar die probeer ik hiernaartoe te krijgen. Mijn hoop ben ik niet kwijt. Mijn diploma’s uit Afghanistan zijn hier niet geldig. Ook hier wil ik dokter worden, ook al moet ik daar weer jaren voor studeren.’