Ze inspireerde me, vorige week, met haar post over ‘Syriërs, en suikerfeest weer thuis vieren’. De vrouw van wie ik dacht dat ze dat nooit zou kunnen: minister Faber. Het kan. Mensen met een finaal andere levensvisie die het mooiste in jou naar boven halen.
Tuurlijk: ik kreeg eerst buikpijn van wat ik las. Deed mijn best om de opkomende brok in mijn keel en de boosheid te verdrukken. Hoe kun je zo genadeloos hard in het leven staan? Tot ik besefte: laat het maar even komen, die boosheid. Vooral niet wegdrukken.
Ik bekeek haar eens aandachtig. Wat verdrietig eigenlijk. 64 jaar oud, en blijkbaar nooit geleerd om onrecht en (oorlogs)trauma in de ogen te kijken. Mensen écht te zien. Nee; gewoon wegkijken. Doen alsof het er niet is. We worden er écht geen mooier mens van.
'Meer dan duizend doden gemeld bij geweldsuitbarsting in noordwesten Syrië', lees ik zaterdagavond op NOS.nl. [...] Volgens het nieuwsitem gaat het om één van de dodelijkste geweldsuitbarstingen sinds het conflict in Syrië 14 jaar geleden begon. Voor Nederlanders is het reisadvies naar Syrie diep donkerrood. ‘Wat uw situatie ook is, reis niet naar Syrie. Het is er te gevaarlijk’, lees ik op rijksoverheid.nl. Maar Syriërs? Die kunnen gewoon terug.
Alsof Hind, de vrouw die ik vorige week ontmoette, niet het liefst Suikerfeest in haar eigen land zou vieren. Met haar eigen familie. Haar eigen eten. Haar eigen verleden, in haar thuisland. Toen alles nog goed was. Als het kon zou ze vandaag nog vertrekken.
Ik wil me niet laten leiden door mensen die ‘wegkijken’ als levensmotto hebben. Ik laat me liever leiden door een Ander. Iemand over Wie ik in de Bijbel lees dat Hij ieder mens ziet; op Zijn netvlies heeft. Juist wanneer het gaat om kwetsbaren. Hij is met innerlijke ontferming bewogen over hun lot.
En dus fietste ik naar de winkel waar ik eerder die week iets moois in het schap had zien staan. Suikerfeest-servies. Tja, gewoon commercieel gedoe. Maar tóch, het raakte me, met Hind in mijn achterhoofd. Wat mooi, als je in een totaal vreemd land ineens iets vind wat bij jou hoort. Alles kwijtgeraakt, en dan ineens is daar een stukje ‘thuis’. Jouw taal, jouw cultuur, jouw feest, op een bordservies. Je wordt gezien, blijkbaar. Er is heel specifiek aan jou gedacht.
Ik kocht het en bracht het bij haar langs. Ze had me verteld dat ze de Ramadan hielden. En dan straks het Suikerfeest. Ze keek er naar uit. ‘Voor jullie, straks, als het weer feest is!’ zei ik. Haar ogen straalden. Lief! Shukran… Dankoewel!!
Thuis Suikerfeest vieren? Ja, zeker! Hier, in Nederland. Als thuis niet meer jouw thuis kan zijn, zal ik het proberen te geven. Kleine beetjes thuis aan jou. Op deze plek. Waar politici jou wegkijken. Waar de massa vindt dat jij hier niet hoeft te zijn. Ik doe mijn best. Ik weet het: ik kan het helemaal niet geven. Het komt niet eens in de buurt van jouw thuis. Maar ik geef wat ik heb: mezelf, en nog een beetje meer. Leer mij maar hoe jullie leven. Wie jij bent, en wat voor jou belangrijk is. Leer mij jouw taal. ‘Shukran’ zeggen, als jij mij iets geeft. Dan leer ik jou fietsen. Aardappels koken. En dat Nederlands eten ook écht lekker kan zijn.
Bedankt voor uw woorden, minister Faber. Ik had ze even nodig om weer in actie te komen.
Luisterlied: Maak Ons Hart Onrustig - Schrijvers Voor Gerechtigheid (met tekst) - YouTube